De FIREBALL – De meest EFFECTIEVE vistechniek NU

De winter doet haar intrede en roofvissen beginnen met de dalende watertemperatuur passiever te worden. Tijd om als visser over te schakelen naar visserijen die geschikt zijn voor passieve vis! De fireball techniek leent zich hier perfect voor. Echter, het is volgens specialist Thimon Dokter niet alleen in de winter een dodelijk effectieve manier.

Door Thimon Dokter

Mooi hoe de natuur verandert met het verloop van seizoen. De winter is natuurlijk geen uitzondering  en ik merk het ook aan mijn eigen lichaam.  Ik vind het persoonlijk maar niets dat de zon op mijn hoofd brandt en bij de minst of geringste inspanning het zweet op m’n kop staat. Ik ga goed op het frisse weer en vermaak mij uiterst goed op het water.

De release van een vette fireball snoek. Altijd weer een gaaf moment!

Sinds ik een paar jaar geleden mijn eerste visboot kocht en opbouwde, werd ineens alles anders. Ik ontdekte visserijen en technieken waar ik het complete bestaan niet eens van wist en ik leerde de zogeheten fishfinders kennen waarvan ik absoluut niet wist dat zo’n relatief klein apparaat zo enorm veel opties kon bieden. Zo ontdekte ik daarnaast ook een vistechniek dat al jaren (inmiddels naar mijn mening) zeer onterecht nog maar veel te weinig toegepast wordt. De fireball visserij!

 

Het type water

Het vissen op snoek met de fireball kun je natuurlijk op veel verschillende type wateren doen. Het hangt er ook maar net vanaf waar je vandaan komt en waar je graag vist. Over het algemeen zijn diepe grachten, vaarten en ook diepe zandplassen een goede plek om de fireball in te zetten. Uiteraard zal een rivier ook erg goed kunnen, maar ik moet bekennen dat ik op de rivier persoonlijk nog maar erg weinig succes heb gehad. Waar dat aan ligt? Ik heb werkelijk geen idee!

Stadsgrachten zijn in de winter een geweldig en gezellig decor om op snoek te vissen!

Zelf wens ik op de wateren waar ik vis wel een minimale waterdiepte van zo’n 3 meter te hebben. Dan vis ik met vertrouwen en weet ik zeker dat mijn montage een flink stuk onder de boot hangt. Waarschijnlijk zijn ze ook prima met de fireball te vangen op nog ondieper water, maar dat heb ik zelf nog niet geprobeerd.  De genoemde watertypes hierboven hebben dit al snel en lenen zich dus perfect voor deze visserij.

 

Fireball in voorjaar en zomer

Een prachtige metersnoek die aan het einde van de zomer voor bijl ging aan een secuur geviste fireball met de handhengel.

Veel snoekvissers denken dat de fireball een techniek is die zich enkel goed leent voor de wintervisserij. De watertemperatuur is veel lager en de snoeken gedragen zich tijdens deze omstandigheden een stuk passiever. Het is dan een logische keuze om voor de fireball te gaan. De meeste snoekvissers met de nodige ervaring zullen deze visserij dan ook zeker niet links laten liggen. Maar niets is minder waar als ik vertel dat je de fireball techniek ook erg goed in de zomer kan inzetten. Het is immers een tactiek waarmee je met natuurlijk aas vist.

Een vette meterbak op een voorntje van zo’n 12 cm. Soms is het contrast enorm!

De aasvissen zijn meestal voorns of baarzen wat betekent dat je met het hoofdvoedsel van de snoek aan het vissen bent. In het voorjaar en de zomerperiode merk ik wel degelijk een verschil in de grootte van de aasvis die ik aanbied ten opzichte van de winter. In de warmere periodes van het jaar zitten de wateren vol met kleine en jonge visjes. Het is dan ook niet gek dat de snoeken hier in deze periode op geconcentreerd zijn. Vaak merkte ik in de zomerperiode dat wanneer ik een aasvis groter dan 20 cm aan de fireball monteerde, de aanbeten vrijwel compleet wegvielen.  Monteerde ik vervolgens een kleinere aasvis van 10 of hooguit 15 cm dan kwamen de aanbeten in rap tempo weer terug.

 

Herfst en winter

Najaar en winter zijn natuurlijk de tijden dat de watertemperatuur hard naar beneden zakt. De snoeken worden passiever en gaan ook vaak dichter bij elkaar liggen. Waar ze eerder nog heel verspreid lagen tijdens de warmere periodes van het jaar is het nu zoeken geblazen. Hetzelfde fenomeen zie je gebeuren bij de witvis. Deze scholen veelal samen en zoeken de beschutte plekken op. Vaak zijn dit havens met woonboten, diepe kuilen in een kanaal of op een grote zandafgraving de diepere taluds die mooi beschut liggen.

Door zorgvuldig rondom een enorme berg witvis te vissen, ving ik deze prachtige dikke snoek op de fireball.

Natuurlijk is het dan met een beetje logisch denkwerk niet zo moeilijk om er achter te komen waar de roofvis zal rondhangen. Uiteraard zijn de grote snoeken te vinden rondom deze plekken waar de witvis samen schoolt.  Vaak gebeurt het dan ook dat als ze eenmaal gevonden zijn er meerdere aanbeten kort achter elkaar volgen. Het bewijs dat ze dicht bij elkaar liggen om te wachten op hun prooi en vervolgens te kunnen toeslaan.

Heb je de witvis eenmaal gevonden? Vis het dan maar secuur uit. Succes kan bijna niet uitblijven….

Door gebruik te maken van een goede dieptemeter kun je enorm veel belangrijke informatie verzamelen. Deze informatie vertelt je bijvoorbeeld waar de verschillen in bodemstructuur zitten, waar grote hoeveelheden witvis zich ophouden en wat de watertemperatuur is. Kleine verschillen in details kunnen dan ineens hele grote verschillen in de vangsten betekenen. Heb je niet de luxe van een uitgebreide dieptemeter op je visboot? Vraag dan witvissers die in de buurt zitten te vissen of observeer de aalscholvers of futen. Deze watervogels vertellen je maar wat vaak waar zijn hun eten, aasvis, vandaan halen.

Ook het betere formaat snoekbaars is niet vies van een fireball.

 

Hoe te werk?

Zo’n 5 jaar geleden besloot ik om mijn eerste eigen visboot aan te schaffen. Het roofvissen vond ik zo fantastisch dat ik er niet meer mee kon wachten. Hier ging wel een aantal jaren ‘gastvissen’ aan vooraf bij vooral vismaten aan boord. Een hele zoektocht ging er aan vooraf totdat ik bij mijn toekomstige boot uit kwam. Gelukkig had ik veel technieken en materialen al afgekeken en had ik daardoor een wensenlijstje met welke materialen ik zelf op de boot wilde hebben.

Mijn eerste eigen visboot. Iets waar ik nog elke dag trots op ben.

Om een lang verhaal kort te houden: met vrijwel elke visboot kun je prima vissen met de fireball. Echter, is het wel een techniek waar over het algemeen langzaam tot zeer langzaam mee gevaren moet kunnen worden. Het is dus wel erg handig als je boot beschikt over een zogeheten fronttroller, ook wel boegmotor genoemd of een gewone elektromotor. Zo kun je perfect en langzaam manoeuvreren en je aasvis langs de hotspots sturen.  Ook een goede hengelsteun is zeker geen overbodige luxe.

Scotty steun, zo ontworpen dat je direct je hengel uit de steun kunt slaan bij een aanbeet.

Wat ik verder erg belangrijk vind is een onthaakmat en een goede tangen set aan boord. Zo kan de vis altijd snel en veilig onthaakt worden en ongeschonden weer terug het water in!

 

De bijhengel

Traditioneel denk ik dat dit wel de meest gebruikte manier is om met de fireball te vissen. De zogenaamde ‘dooie hengel’. Simpelweg komt het er op neer dat de fireball montage wordt voorzien van een verse aasvis, de montage vervolgens op de juiste diepte wordt aangeboden en de hengel daarna in de steun komt te staan. Tijdens het driften van de boot zweeft de aasvis dan mooi solide door het water heen exact op de diepte waarop deze is afgesteld.

Een hengel in de steun… Laat de boot het werk maar doen.

Deze hengel staat net zo lang in de steun totdat er een aanbeet van de snoek volgt. Meestal is dat duidelijk zichtbaar door een felle tik waarna de top van de hengel weg buigt naar beneden. Eigenlijk is de dooie hengel nog helemaal niet zo dood als dat we denken. De boot is namelijk altijd iets in beweging. Daardoor zal de aasvis op de bewegingen van de boot eens stijgen of dalen of juist, met een bochtje maken, iets vertragen of versnellen. Zo kan een ‘dooie hengel’  best actief zijn en op sommige dagen blijkt dit ook mega effectief.

 

De handhengel

Met de handhengel de fireball vissen is een techniek die ik graag inzet. De aanbeten zijn soms voorzichtig en soms knalhard en dat is wat het voor mij zo leuk maakt.

De zogeheten handhengel is de hengel die actief gevist wordt. Deze hengel gebruik ik tijdens het langzaam driften om heel secuur de bodem mee af te vissen. Ondertussen hou ik mijn dieptemeter zeer goed in de gaten en vis ik gericht de oneffenheden in de bodem af. Vaak zijn dat kuilen, heuvels, mosselbanken of juist over een obstakel heen. De fireball laat ik voorzichtig naar de bodem zakken, de bodem daarna voorzichtig aanraken waarna ik ‘m weer zachtjes optil tot zo’n 20 cm boven de bodem. Dit herhaal ik vervolgens continu…

Wat zijn ze toch mooi…

Met snoekbaars komt de aanbeet meestal op het moment dat je het aas laat zakken of even laat hangen. Bij het snoeken met de fireball is dat lang niet altijd het geval. Op ieder moment kan die ongenadige knal zomaar ineens komen. Met deze manier van vissen pak je keurig iedere oneffenheid mee en heb je een kansrijke techniek voor een goed aantal aanbeten. Het komt dan ook zeker niet zelden voor dat ik precies in een kuil of andere oneffenheid een knaller van een aanbeet krijg. En dat terwijl de ‘dooie hengel’ er keurig overheen komt zonder ook maar een tikje te vertonen. Zo heb je dus regelmatig van die dagen dat een klein verschil in de fireball techniek juist een heel groot verschil in je vangsten kan betekenen.

 

De dobber hengel

‘Een fireball onder een dobber?’ Wat is dat nou voor iets vreemds? Dat dacht ik in het begin ook voordat ik met deze manier van vissen aan de gang ging. Totdat ik eens sprak met een paar zeer ervaren roofvissers waaronder topvisser en prettig mens Hilco van Nuil. Hij wist mij te overtuigen met mooie verhalen en ervaringen over deze zeer onderschatte manier van fireball vissen.

Een dobber langzaam achter de boot aanslepen kan de voorzichtige vissen toch overtuigen.

Bijkomend feit is dat met deze techniek ook nog eens regelmatig de grotere dames worden gevangen. Dat zinde mij natuurlijk wel en even later was dat dan ook het startschot om eens zeer serieus met deze techniek te gaan vissen. Regelmatig tijdens het vissen knalde de dobber met een rotgang onder en een kromme hengel was het prettige gevolg.  Conclusie: verkocht! In de tijd dat ik er serieus mee viste, ving ik schitterende snoeken en waren de resultaten voor mijn gevoel super. Waarom zal deze techniek dan zo razend effectief zijn? Ik denk persoonlijk dat het simpel te verklaren is. Er zijn dagen dat de snoek simpelweg erg lui is. Dan wil ie een vette hap in de vorm van een grote aasvis en dan praten we gerust over 25-30 cm..

Een prachtige dikke 90+ dame die een waggelende voorn onder de dobber niet kon weerstaan!

Maar er is nog meer! Een heel belangrijke reden waarom de dobber hengel zo belangrijk is, is het volgende: vrijwel elke visboot vandaag de dag heeft een fishfinder. Deze hebben een transducer die continu een puls afgeeft onder water. Snoeken zijn zeker niet dom en herkennen na een tijdje heel goed dat deze pulsen gevaar betekent. De dobber hengel biedt hier uitkomst. Wanneer de boot voorbij komt dreigt er gevaar volgens de logica van de snoek.  Zodra de boot vervolgens voorbij is zal het gevaar geweken zijn. Toch komt er nog ineens een grote aasvis voorbij gewaggeld, een dikke 20 meter achter de boot.  Het gevolg laat zich raden…. 9 van de 10 keer een dikke vis!

 

Snelheid en manoeuvreren

Wanneer je met de fireball vist, is het zaak om beheerst te varen. Of beter gezegd te driften. De fireball is een aasaanbieding die zo natuurlijk mogelijk moet lijken. Het is dan het beste om heel langzaam te slepen. Zo tussen de 0,7 en 1,3 km/h is perfect en afhankelijk per dag. Wanneer je de juiste snelheid vaart kun je natuurlijk in één rechte lijn koers houden en de aasvis een monotone aanbieding meegeven.

Tijdens het fireball vissen is het belangrijk dat je continu de snelheid en de diepte in de gaten houdt. Een goede dieptemeter helpt daar enorm bij.

Er zijn dagen waarop deze monotone manier van vissen super effectief is. Hoe monotoner en langzamer, hoe beter! Ook zijn er dagen waarop er een simpel trucje heel goed werkt. Dit trucje heet ‘zigzaggen’. Dit kun je perfect doen als je bijvoorbeeld een goede boegmotor of fronttroller op je boot hebt zitten.

Een enorme luxe en o zo handig… Een fronttroller.

Door continu bochtjes  van links naar rechts te maken geef je de aasvis een zeer onverwachte presentatie mee. Wanneer je de bocht omgaat zal aan de ene kant van de boot de fireball ineens stilvallen, maar juist aan de andere kant iets versnellen. De snoek wordt hiermee op een dwaalspoor gezet en zal vaak op dat moment uit een reflex toeslaan. Vanuit mijn ervaring niet echt een techniek voor hele grote snoeken maar alles is mooi megeneomen toch?!  De beste tip is eigenlijk om te variëren met je snelheid en het manoeuvreren. De ene dag werkt sneller het best, de andere dag juist wat langzamer.

 

Aas selectie

Voor het vissen met de fireball zijn veel soorten aas geschikt. Zelf vis ik het liefst met voorn, baars, brasem en kolblei. Dichtbij het natuurlijk voedsel van de snoek blijven is bij deze visserij wel iets dat mijn voorkeur geniet. Op een echt koude winterdag wanneer de watertemperatuur onder de 5 graden zit wil ik ook nog wel eens voor een lekker dikke sardine kiezen. Sardines zijn vet en zacht en dat brengt twee grote voordelen met zich mee. De zachtheid van de vis zorgt er voor dat bij het aanslaan de haken makkelijk los komen en de inhakingskans daardoor flink wordt vergroot. Het vette en olierijke van de sardine is juist weer super goed om een geurspoor door het water te trekken.

Tijdens het fireballen gebruik ik zelf het liefst een combinatie van voorns, sardines en brasem.

Een hongerige snoek zal dit spoor snel opvangen en absoluut geïnteresseerd raken in de aasvis die voorbij komt. Vaak resulteert dit in een aanbeet. Ook op dagen dat het allemaal nog niet zo vlotjes wil lopen kan een vette sardine nog wel eens een hele goede uitkomst bieden en je visdag redden. Tip: snijd kleine sneetjes in de zijkant van de sardine. Daardoor komt het vet en de olie nog beter los waardoor er een nog beter geurspoor ontstaat.

 

De montage

Voor het vissen met de fireball gebruik ik zelf een vrij simpele montage. Het enige wat eigenlijk erg belangrijk is, is dat de montage in balans hangt zodat de inhaking tijdens een aanbeet optimaal is. Zorg er dus altijd voor dat er maar één puntje van de dreg in de aasvis zit geprikt. Zo kan bij een aanbeet de stinger het makkelijkste loskomen van de aasvis. De neushaak van de fireball zelf zet ik altijd in het midden van de kop van de aasvis. Zo hangt deze mooi recht en zal de aasvis met een klein beetje snelheid heel mooi rustig door het water ‘waggelen’.

Mijn simpele maar zeer sterke en betrouwbare fireball montage.

Het gewicht van de fireball kop hangt een beetje af van de omstandigheden. In de meeste gevallen gebruik ik het liefst een loodkop van 30 gram. Dan praten we over weinig stroming en water tot zo’n maximaal 5 meter diep. Is het water dieper of stroomt het water harder dan vis ik liever met 40 gram. Uiteraard kun je dit natuurlijk aanpassen aan je persoonlijke wensen.

De fireball, een loodkop speciaal ontworpen voor het vissen met aasvis.

Zelf vind ik het prettig als tijdens het varen de lijn iets schuin staat en de aasvis mooi achter de boot aan komt ‘gewaggeld’. De rest van de montage inclusief de stinger is super eenvoudig. Ik maak gebruik van 20 LB staaldraad en maak daarmee de stinger met een Gamakatsu dreg maatje 2. Persoonlijk vind ik dit prima en ik heb er niet vaak missers op. Wel maak ik graag gebruik van een extra wartel tussen de stinger en de loodkop. Zo kan de dreg vrij draaien en is naar mijn idee de inhaking wat vrijer en beter.

 

Altijd succes?

Nu ik ondertussen zo’n 5 jaar mijn eigen visboot heb, zijn er aardig wat dagen voorbij gegaan dat ik met de fireball gevist heb. Eigenlijk ook wel logisch aangezien het een tactiek is waar ik vaak succesvol mee ben geweest. Immers draait vissen meestal om vertrouwen en dan grijp je nogal eens terug naar dingen die goed hebben gewerkt in het verleden.

Bedankt voor het lezen en tot de volgende keer!

Uiteraard zijn er dagen bij geweest dat ik amper iets ving. De éne visdag is zeker de andere niet en gelukkig is dat ook maar zo. Zou ik elke dag heel veel vangen dan is voor mij persoonlijk de lol er ook snel vanaf.

 

Voor mij is het vissen met de fireball dus elke keer weer een verrassing en dat maakt het voor mij zo leuk! Ik zou zeggen, probeer het zeker eens en je zult absoluut niet teleurgesteld worden!