De snoekvissende karpervisser – Alvar Besemer

18/03/2019
De snoekvissende karpervisser – Alvar Besemer

Een ‘second love’ in de visserij? Hebben we het dan over de liefde voor bepaald aas, hengels of molens? Nee, Alvar is een fanatieke karpervisser die in de wintermaanden graag de roofvisspullen tevoorschijn  haalt, want voor hem is snoekenvissen zijn ‘second love’. 

Door Alvar Besemer

Een karpervisser met een voorliefde voor grote snoeken? Of een roofvisser met een passie voor karpers van formaat? Beide passen niet in het ‘perfecte plaatje’, omdat de visserijen zo enorm van elkaar verschillen (vaak net als hun beoefenaars). Zelf houd ik van alle twee de visserijen en is de zoektocht naar een grote snoek, mijn ‘second love’.

Zonsopkomst, de ‘prime time’ dat snoeken actief worden.

Kilometers maken

Struinen door de eindeloze polders met dobbers en doodaas. Kou, grijze luchten, dorre vlaktes en soms een laagje ijs. Dat is mijn visserij tijdens de wintermaanden. Van karper naar snoek en weer terug naar karper, een wereld van verschil.

Het struinen door de eindeloze polders resulteerde in een mooie vangst.

Knuffelvis of alleseter

Neem alleen al de dril. Bij de een duurt de dril enkele tientallen seconden, bij de ander tot wel een tiental minuten. Dan is er het grote verschil tussen de vissoorten zelf, want de een is Hollands nationale knuffelvis en de ander heeft meer dan 500 tanden….

Daarbij komt gelijk het verschil in haaksoorten om de hoek kijken. Bij het karpervissen zijn de haken steeds kleiner en subtieler geworden. Roofvisdreggen daarentegen…. tsja, maar goed de bek van een snoek is dan ook niet van spons met al dat kraakbeen en harde delen.

Naast de liefde voor de knuffelvis, houd ik toch ook echt van de alleseter.

Flitsende kleurtjes langs de waterkant

De veelal groene en bruine (natural-look) outfits van karpervissers staan in schril contrast tot de kleurige reclame outfits van menig roofvisser of streetfisher. En dan is er nog de fotografie, oh ja, die fotografie! Als je de fotografiestijl  van karpervissers met die van roofvissers zou omwisselen en andersom, dan zou dat menig wenkbrauw doen fronsen. Wat bij de ene visserij ‘done’ is, is zo ‘undone’ bij de andere. Het verschil in aas laat ik voor het gemak buiten beschouwing want daar kan ik wel een heel boek aan wijden.

Twee werelden

Daartussenin zweef ik jaarlijks zo’n 4 maanden per jaar, en ik geniet er van! Natuurlijk zijn de bovenstaande voorbeelden veelal clichés en beleeft elke visser de hengelsport op zijn eigen manier. Maar geplaatst in de Nederlandse ‘hokjesgeest’ word je al snel als vreemdgaande karpervisser of roofvisser bestempeld als je interesse toont in de andere visserij. Toch noem ik mezelf meer en meer een allrounder in de viswereld, wat niet altijd begrepen wordt binnen de scène.

De onthaakmat is er niet alleen voor het karpervissen…

Lente

Met nog een week of drie te gaan tot het einde van mijn roofvisseizoen, maak ik de balans op. Een moeilijke start in november en weersituaties waarbij een echte winter is uitgebleven. Warmte records, bizar veel witvis in vrijwel alle wateren en een reeks grote snoeken op de mat. Mijn doodaasseizoen was dit keer ver boven gemiddeld met een echte kers op de taart als uitschieter! In november begin ik opnieuw als de ‘karperkoorts’ weer een beetje gezakt is en de dagen korter en kouder worden, want roofvissen in de zomer daar heb ik bijzonder weinig mee.

Een uitschieter van het fantastische doodaasseizoen.

Nog even en de zachte lippen van mijn ‘first love’ nemen de vlijmscherpe tanden van mijn ‘second love’ over. Het grove materiaal wordt ingeruild voor millimeterwerk en dreggen worden kleine haakjes, de lente begint.

Alvar Besemer