Nooit eerder werd het je zo haarfijn uitgelegd – Dit is hoe je baars en snoekbaars vindt

Met behulp van je fishfinder kun je echt veel informatie inwinnen over baars en snoekbaars. Niet alleen kun je de vis vinden met je fishfinder, ook kun je hele goede stekken vinden die je met je blote oog nooit zou opmerken. Kevin Hoppenbrouwers vist heel veel uit zijn boot op baars en snoekbaars en in dit artikel legt hij precies uit hoe hij dit aanpakt!

Door Kevin Hoppenbrouwers –  Ik hecht enorm veel belang aan mijn Sidescan en de waterkaart. Deze worden in een splitscreen aangevuld door de 2D en Downscan. Een heel leuke tool bij Lowrance is dat je je scherm volledig zelf kunt samenstellen naar eigen wil.

Op mijn Lowrance toestel kan ik precies een layout kiezen die ik prettig vind.

Hoe begin je? Probeer een zone te zoeken waar je die dag de rovers wilt vinden. Dit begint bij een goede kaart. Zelf maak ik gebruik van de gratis beschikbare kaarten van C-Map (Genesis). Deze kaarten zijn nauwkeurig, je kunt ook met je toestel elke diepte een andere kleur geven, super handig! Wil je een kaart waar de betonning op staat dan is de C-Map Reveal een mooie optie. 

De C-Map kun je voorzien van kleuren zodat je elk detail opmerkt.

 

Maximaal uitbuiten

De hobby in de hobby is dat ik ook mijn eigen waterkaarten maak met het software programma Reefmaster, dit doe ik met de opgenomen data van mijn toestel. Op de waterkaart kun je beginnen met zoeken naar taluds, kommetjes, plateaus, knikjes in het talud of structuur. Structuur zie ik als een magneet op rovers en een talud als de snelweg die vissen gebruiken om van één plaats naar de ander te trekken. Je kunt thuis al beginnen met het zetten van interessante waypoints op interessante plekken die je zeker wilt checken. 

Thuis kun je dus al goed kijken naar welke taludjes je wilt afvissen.

We varen nu in de gekozen zone. Ik zoek altijd met dezelfde snelheid van ongeveer 5 km/u. Indien je dit saai vindt dan kun je altijd tijdens het scannen een hengel uithangen met een plugje om te trollen. Deze snelheid is ideaal om een duidelijk beeld te krijgen met de Sidescan!

Met de SideScan vind ik structuur en eventueel vis.

Voor mezelf is er geen betere manier om het water te leren kennen. Ik vind het zeer belangrijk dat je steeds dezelfde reikwijdte pakt, omdat je door veel met de SideScan te werken zo de signalen beter kunt interpreteren. Door op dezelfde snelheid te varen kun je de grootte van de symbolen beter inschatten. Al varend ben ik dus steeds op zoek naar structuren en vis. Zelfs al liggen de rovers er niet, dan zet ik alsnog een waypoint op een mooie structuur om hier later nog eens polshoogte te nemen.

Door veel te kijken, aan te werpen en ook vangen, leer je al snel hoe je verschillende symbolen interpreteert.

Structuren zijn echt vismagneten en vroeg of laat is het bingo. Dit kan afhangen van diepte, doorzicht, seizoen, stroming, trekken van de vis, getij etc. Dit is met de HDS Live geen moeite, door de structuur aan te tikken op het touchscreen en hier een bijpassend symbool op te zetten met eventueel een bijschrift is dat met vijf seconden geregeld! Houd overzicht in je waypoints, gebruik symbolen en kleur voor structuur, soort vis, interessante plantenbedden, aasvis. Als je een paar duizend waypoints hebt, is dit echt wel handig. 

 

Je hebt structuur gevonden, wat nu?

Wat ook belangrijk is, bekijk de structuur vanuit verschillende hoeken. Vergelijk dit als met een zaklamp over een berg of een gat te schijnen, aan elke kant zie je steeds iets anders, maar je ziet niet wat er gelijk achter de berg of een gat ligt. Geloof me, dit is dikwijls het verschil tussen rovers zien liggen of niet! 

Een stuk harde bodem met daar een school aasvis bij. Je kunt zien dat de bodem hard is doordat het lichter kleurt.

Natuurlijk de vraag: hoe zien die structuren eruit? Ze kunnen groot en klein zijn, harde stukken geven veel reflectie en een papperige bodem geeft veel minder reflectie. Harde stukken zullen dus feller oplichten. Rovers houden van harde bodems zoals een mosselbedjes en hoopjes stenen. We hebben onze structuur gevonden en zien er vis op liggen, zijn dit nu rovers? Soms kun je uit ervaring zeggen dat het baars, snoekbaars, snoek of brasem is, maar je weet het pas zeker als je erop werpt en ze vangt.

Er is wel degelijk een verschil te zien tussen snoek, snoekbaars, baars en brasem en dit leer je door het veel te bekijken en veel symbolen aan te vissen.

Het kan ook zijn dat ze je aas keihard negeren. Blijf dus in het begin vertrouwen hebben in wat je doet. Op zeer grove structuren waar ik ze niet gelijk zie liggen maar wel veel aasvis rondhangt, zal ik ook dikwijls stoppen, ze liggen er soms gewoon tussen. 

 

Nauwkeurig vissen

Het laatste belangrijke punt voor we gaan werpen is ankeren. Ik doe dit met mijn Motorguide fronttroller, deze staat bij mij mee in mijn netwerk en ik kan daardoor ankeren vanuit mijn scherm. Doe dit met precisie, ik heb hiervoor een heel handig apparaatje aan boord namelijk de Point-One van Lowrance. Deze koppel ik via het netwerk aan mijn toestellen. Dit kleine dingetje staat zo kort mogelijk bij mijn transducer en het pijltje erop wijst naar de punt van mijn boot.

De punt van mijn boot op de kaart wijst altijd in de goede richting door de Point-One.

Dit moet je eenmalig kalibreren, fluitje van een cent en nu weet je zeker dat de punt van de boot op je scherm steeds juist is ten opzichte van je waypoint. Heb je dit niet dan verlies je veel tijd en vis om de juiste werprichting te zoeken. Geloof maar dat je er al snel vijf meter naast zit, al helemaal op een gigantische plas water. Met dit handige gps-hulpmiddel werp je steeds in de juiste richting. Test dit maar eens op een herkenningspunt als je op het water zit, zonder wordt het een stuk moeilijker.

Nauwkeurig vissen is belangrijk, je kunt er makkelijk naast zitten.

Je hebt nog allerhande factoren niet in de hand zoals wind en stroming en die precisie is het verschil tussen vangen of niet vangen. Heb je de Point-One niet, dan kun je de structuur proberen te voelen door bijvoorbeeld met een dropshot of Ned rigje te vissen, dat gaat het beste met een tungsten werpgewicht, vanwege de extreme hardheid van dit materiaal. 

 

Dan het vissen…

Ik zal me voornamelijk toespitsen op de visserij van deze periode. De hengels die ik voornamelijk inzet zijn de Westin W6 Finesse Shad en de Westin W6 Finesse T&C tot 15 gram. De T&C zet ik natuurlijk voornamelijk in voor de finesse technieken zoals de Carolina rig en Ned rig. Persoonlijk vind ik deze hengel ideaal voor het drillen van baars met zijn zachtere top. De Finesse Shad zet ik dan meer in als ik snoekbaars verwacht omdat deze toch wat meer body heeft om de haak te zetten en ik wat zwaarder kan vissen. Ik ga ervan uit dat mijn worpen nauwkeurig zijn, wat niet wil zeggen dat onze stekelvrienden zin hebben in hetgeen ik ze voorschotel.

Als ik veel snoekbaars verwacht, zet ik graag de Finesse Shad in.

Starten doe ik nooit met hetzelfde als mijn vismaat, rond de vijf worpen wissel ik al van kunstaas moest er niets gebeuren. Ik zie je nu al denken, zo snel? Ik ga ervan uit dat ik juist lig en als ze er zin hebben dat ze er ook voor gaan. Ze zijn nieuwsgierig en ze weten verdomd goed als er iets rondom hen gebeurt… Het is aan jou om ze over de streep te kunnen trekken… Met minder doorzicht moeten baarzen de tijd krijgen om het te vinden, dan kies ik meestal voor een tragere aanpak. Snoekbaarzen aarzelen niet in het bruine water, ze rammen er staalhard op als je op de juiste stek zit.

Ze rossen er echt keihard op!

Ik heb zelfs de indruk dat ze zich nog veel agressiever gedragen en minder argwaan hebben. Wat een waanzinnige aanbeten hebben ik en mijn visvrienden de laatste tijd mogen ervaren! De aasjes die ik momenteel vooral gebruik, zijn de Westin Nedworm 9 cm, CreCraw 8.5- en 6.5 cm, BullTeez 9.5 cm, ShadTeez 9 cm en de JerkBite twitchbait. Mijn favoriet is de CreCraw, dit aasje doet het zowel op baars als op snoekbaars zeer goed.

De CreCraw doet het op zowel baars als snoekbaars echt goed.

Ik vis hem op verschillende manieren, ik zet hem in op een erie loodkopje of op een Ned kopje. Ik gebruik hem natuurlijk ook zeer vaak op de Carolina- en Texas montage. Zo blijf ik de stekken zoeken tot ik of mijn vismaat een aanbeet krijg. Dan blijven we finetunen tot alle puzzelstukjes van die dag samenvallen. Soms willen ze het zeer traag, andere momenten weer agressief, dat moet je uitzoeken. Dat is ook de reden waarom ik mezelf steeds aanzet om zoveel mogelijk technieken onder de knie te krijgen.

Dit is natuurlijk het mooie van onze hobby, je weet het nooit zeker en je kunt steeds bijleren. Al heb je zelf een taaie dag, er is altijd iemand op het water die wel de sleutel tot succes gevonden heeft. 

 

Wat een informatie! Doe er je voordeel mee Roofmeisters, want Kevin is meester in het beheersen van zijn apparatuur. Check HIER zijn Instagram voor toffe foto’s.