Rivierstekken – het lezen van de stroming – 5 tips

06/03/2019
Rivierstekken – het lezen van de stroming – 5 tips

Iets mooiers dan roofvissen op onze rivieren is er eigenlijk niet. Water dat altijd in beweging is en immer de uitdaging om de code te kraken. Elke vangst heeft daardoor iets speciaals. Wij helpen je de rivier te lezen; wat zijn de topstekken?

Door Team Roofmeister


Tip 1 In love met kribben

De mooiste spots bij rivieren zijn rivierkribben en de zogenaamde vakken er tussen. Met Google Maps kun je eenvoudig zien waar je ze kunt vinden en met satellietweergave kun je bepalen of je er makkelijk bij kunt komen. De ene krib is de ander niet, dus probeer ook te zoeken naar unieke aspecten. Wellicht is er een uitlaat van een zijtak in een kribvak of is er een krib die beduidend langer of korter is. In beide gevallen is dat reden genoeg om een dergelijke stek extra aandacht te geven.

 


Tip 2 Begrijp de stroming

Probeer de rivier te lezen en besef dat water altijd de weg van de minste weerstand zoekt. Dit laatste is een mooie vaststellingen om de stroming te leren begrijpen. Over het algemeen kun je het volgende zeggen over het stromings- en diepteverloop nabij een kribvak. De hoofdstroming voert er langs en raakt de kripkoppen.

Een schematische weergave van het verloop aan stromingen binnenin een kribvak.

Bij de stroomafwaarts gelegen krib is er sprake van een zogenaamde keerstroming of nering. Dat wil zeggen dat de hoofdstroming tegen deze krib aan stuwt en het water feitelijk lang deze krib naar de oever stuwt en vervolgens tegenovergesteld aan de hoofdstroming parallel aan de oever uiteindelijk tegen de stroomopwaarts gelegen krib stuwt.

 


 

Tip 3 Het oog van de stroming

Ok nu weet je hoe de rivier stroomt, maar hoe kun je daar de hotspots om te vissen uit aflezen? Belangrijk om te weten is dat in het midden van de nering de stroming het minst is. Dat heeft tot gevolg dat het meegevoerde bodemsediment hier kan bezinken. Vaak zie je dan ook dat het ondieper is in het midden van het kribvak.

Planten in het midden van het kribvak, verderop, niet heel goed zichtbaar, zie je dat die ontbreken aan de rand van de krib.

Mooi om te weten als het water nog wat koud is en de zon schijnt. Die koudbloedige rakkers weten dan echt wel waar ze zich het beste kunnen opwarmen. Dit is vaak ook de plek waar waterplanten het makkelijkst kunnen groeien. Dit zijn al met al mooie voorjaarsstekken.

Snoek is in opmars op onze rivieren door het steeds helder wordende water.

 


Tip 4 Diepte

Aan de kop van de stroomafwaarts gelegen krib vindt de uitstroom van de nering plaats, ofwel dendert hier het water weer de hoofdstroming in. Vaak heb je hier dan ook van doen met een dieper gat. Al met al een mooie stek in de winter of overdag als met name snoekbaars dieper water zoekt en hier in de hinderlaag kan liggen op visjes die door wervelstromen gedesoriënteerd raken.

Overdag zoekt snoekbaars graag wat diepte op en hoe helderder het water des te dieper dat is.

 


Grondels zoeken steenstort op en drie keer raden waar je mooie baarzen kunt verwachten 😉

Tip 5 Monstertjes

Last but not least, werp ook zeker langs de kribben, ook al is het risico op vastzitten hoog. Toch zijn die stenen een al bron van leven. Hiertussen verzamelt zich allerlei klein leven en doen visjes zich hier aan tegoed. De massale intocht van diverse grondelsoorten heeft daar een schepje bovenop gedaan. Deze agressieve monstertjes vreten hier hun buik rond, maar zijn meteen ook een zeer gewilde prooi voor snoekbaars en baars.

Nog even en het is weer hoog tijd voor de warmteminnende roofblei die met name graag in de hoofdstroming vertoeft.